Een verdwenen partij hennep heeft er in juni vermoedelijk voor gezorgd dat drie vrouwen ontvoerd en gegijzeld zijn geweest. De vrouwen werden vastgehouden in een woning aan de Amperestraat in Schiedam. Tijdens hun gijzeling zijn de slachtoffers ook ernstig mishandeld.
In deze zaak ziet justitie een 23-jarige Rotterdammer en een drie jaar oudere Hagenaar als verdachten. Zij worden er van verdacht de vrouwen op 25 juni onder bedreiging van een vuurwapen te hebben ontvoerd. De paspoorten en telefoons van de slachtoffers werden afgepakt en in de woning werden de vrouwen vastgebonden en kregen zij proppen papier in hun mond.
De vrouwen zij tijdens de tijd dat ze vast zaten meerdere keren met de dood bedreigd. Hen werd te verstaan gegeven dat ze pas vrij zouden komen als de hennep weer in het bezit van de manen zou zijn. Volgens justitie zijn de vrouwen gestompt, met messen gestoken en zijn sigaretten op hun lichaam uitgedrukt. De vrouwen kregen te horen dat als ze zouden vluchten ze neergeschoten zouden worden.
Het is onduidelijk wanneer de vrouwen precies vrij zijn gekomen. Op 26 juni deed een arrestatieteam een inval in de woning, daar werden toen niet de verdachten aangetroffen. De mannen werden een dag later in Rotterdam aangehouden. Welke rol de drie slachtoffers bij de partij verdwenen hennep hadden is nog niet duidelijk.
In het onderzoek naar de zaak heeft de forensische opsporing ondermeer onderzoek gedaan in afval aan het depot aan de Fokkerstraat. Hierbij hebben rechercheurs ondermeer tie-rips en kleding veilig gesteld.





